"Ik ben maar één keer per jaar Boeddhist", snuift professor A., "en dat is als ik een smoes nodig heb om onder die vervloekte kerstfeesten uit te komen." Sinds enige weken is, tengevolge van een universitaire herstructurering, en waar heb je anders een universiteit voor, professor A. mijn direct leidinggevende. Het deed mij deugd hem vanochtend te treffen onder een ruisende palmboom op de verder uitgestorven campus, en het genoegen bleek wederzijds. De kerstboeddhist A. vindt het, net als ik, nergens voor nodig te stoppen met werken ter gelegenheid van de obon, die gisteren begonnen is.
De obon is het jaarlijkse vooroudervereringsfeest. Iedereen gaat naar de woonplaats van zijn of haar familie, om ter plaatse een paar dagen lang voorouders te vereren. A. niet. "Allemaal flauwekul! Bullshit! Ik bel mijn ouders even, vraag of ze toevallig al dood zijn, en zeg dat ik ze dan ook niet kom vereren. Het is ronduit belachelijk. Geen hond gelooft nog in die boeddhistische onzin, maar niemand durft opa en oma teleur te stellen, en gewoon weg te blijven." A. heeft van dergelijke sentimenten geen last. Vermoedelijk heeft deze man, momenteel met okergeel geverfd haar, hardroze oorbel, paarse zonnebril en gekleed in een T-Shirt met de opdruk Revolt to Survive, opa en oma al wel een paar keer eerder teleurgesteld. Daar vraag ik maar niet naar.
Helemaal vermijden kunnen we de obon echter niet. De systeembeheerders, ook geen religieuze fanatici, grijpen de obon aan om morgen en overmorgen het netwerk op te lappen, en hebben ons vriendelijk verzocht toch maar even op te hoepelen. Dat komt eigenlijk ook wel goed uit. Mijn Tokyose vriendin S. doet ook niet aan de obon, en heeft me uitgenodigd haar op te zoeken in haar voedingskundige laboratorium. Het zijn, naar verluidt, de beste dagen om de megapolis te bezoeken, omdat de halve bevolking ofwel met de extra ingezette kogeltreinen, ofwel in schier eindeloze files, naar het platteland vertrokken is, om reeds lang overleden agrarische overgrootouders te bewieroken. Een buitenkans voor mij om, in alle rust, het beroemde natuurmuseum van Tokyo te bezoeken, en mij door S. te laten inwijden in de wond're wereld van de gaschromatografie.
Een van de opmerkelijkste aspecten van Japanse religiositeit is dat doorsnee Japanner er minstens twee of drie religies op na houdt, allemaal op z'n elfendertigst beleden. Boeddhisme, dat ernstig, kaal en in wezen atheïstisch is, doet het goed bij uitvaarten, en andere serieuze zaken. Shintoïsme, een animistische, tegenwoordig nogal lichtvoetige godsdienst, waarin duizenden kami vereerd worden, is dan weer ideaal als je je graag periodiek klemzuipt, om vervolgens met je lallende vrienden een houten dildo van 25 meter tegen een modderige helling op te slepen. Lachen! Trouwen doet men inmiddels overwegend christelijk, want dat is dan weer romantisch. De plaatselijke dominee doet daar niet moeilijk over. "Christenen maken hier maar 1 procent van de bevolking uit", vertrouwde hij mij na 15 bier toe, "dus als we het met de rest gezellig hebben, is er al veel gewonnen."
Japanners zien er geen been in om, tijdens de boeddhistische feestdagen, de shintoïstische goden even op een zijspoor te zetten. Helaas werken de weer-kami dit jaar slecht mee aan hun degradatie. Het is bijna veertig graden in de schaduw, en ouden van dagen, zieken en zwangeressen is nadrukkelijk aanbevolen binnen te blijven. De begraafplaats naast mijn huis ligt er verlaten bij; bij dit warme weer hebben de, nota bene gecremeerde, voorouders het nakijken. Overal hoor je de airco's op volle kracht werken, en uit de volle huizen komen de geluiden van landerige, inmiddels strontvervelende kinderen, ruzieënde stellen en zeurende (schoon)ouders.
Mij is wel eens te verstaan gegeven dat mijn a-religieuze wereldvisie mij tot een arm, beklagenswaardig mens maakt. Daar denk ik graag aan, deze dagen. Met een koelkast vol koude pils, een airco waar je ijspegels mee kunt maken, 10 ongelezen romans, en alle dagen zon, zwelg ik in mijn spirituele armoede.
dinsdag 14 augustus 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten