dinsdag 7 februari 2012

Schande!

Verbolgen, anders kan ik de reactie van mijn literaire internetgeweten Marjon niet noemen. Op 8 januari schreef ze me, als reactie op mijn laatste bijdrage, dat ik al sinds 30 augustus niets meer had geschreven. Ook de Zaandamse geleerde Dr. P. liet me, per email, weten dat ik nu toch echt weer eens iets op mijn weblog moet schrijven. Het is een schande! Hoe haal ik het in mijn schitterende hoofd om mijn lezers zo lang in de steek te laten?

Op 21 januari 2010 promoveerde mijn vriend Dick van Galen Last, cum laude, op het proefschrift De Zwarte Schande. Dat proefschrift was toen nog een dikke stapel A4tjes, met daarop een aangrijpend relaas over de inzet van Afrikaanse soldaten in het Franse leger in de Eerste Wereldoorlog en over de racistische hetze die daar op volgde. Die hetze was vooral het werk van Duitsers en Amerikanen, maar ook Frankrijk was de aanvankelijke erkentelijkheid jegens de 'zwarte zonen van het Empire' snel vergeten. Koloniale exploitatie ging voor. Toen een groep beambten, belast met het zoeken van een onbekende soldaat, aanvankelijk een zwarte man uit het massagraf haalden, stopten ze hem dan ook gauw terug. Onder de Arc de Triomphe in Parijs ligt een blanke.

Lang heeft Dick niet van zijn titel kunnen genieten. In de vroege ochtend van 2 februari overleed hij, niet geheel onverwacht, aan een hartaanval. Hij was toen 57 jaar oud. Dat is tragisch, en bijzonder, maar wat heeft het met mijn weblog te maken? Welnu. Vorig jaar vroeg het NIOD, dat sindsdien om voor mij onnavolgbare redenen zijn naam weer eens heeft veranderd, nu in NIOD, Instituut voor Oorlogs- Holocaust- en Genocidestudies, mij om de Zwarte Schande tot een publiceerbaar boek te bewerken. Daar was ik de afgelopen maanden mee bezig, en zodoende schreef ik hier niet. Een schande? Ja, maar je moet wat voor de Schande overhebben.

Eigenlijk was ik van plan om hier iets te schrijven over het treinverkeer in Nederland en Japan, omdat het eerste ook een schande is, hoewel iets minder erg dan een Wereldoorlog, en het tweede fantastisch geregeld. Deze week nog schoot ik met 300 kilometer per uur probleemloos door een besneeuwd Japan van Osaka naar Tokio, en terug, zonder ook maar een minuut vertraging. Het is een beetje een inkopper, om vanuit Japan over de Nederlandse Spoorwegen te schrijven, maar dat zou mij niet hebben weerhouden. Gemak dient de mens.

Wat mij wel weerhoudt is dat opnieuw een vriend de zestig niet heeft gehaald. Adriaan Bontebal, die ik nooit ontmoet heb, maar met wie ik wel met enige regelmaat correspondeerde, is in de nacht van vrijdag op zaterdag overleden. Hij was 59.

3 opmerkingen:

Marjon zei

In de laatste mail die ik Adriaan schreef vroeg ik hem:
'Waarom schrijft die Ralf nou nooit eens wat?
Zijn stukjes zijn meesterlijk!'

maar ook:

'dichtbij is een woord'

ik zal hem missen

Marjon

Ralf zei

Hoi Marjon,

Ja, dit is zwaar klote.

Ik zal er vrijdag niet zijn, want het is te ver en te duur om over te komen. Bovendien ontmoet ik mensen voor het eerst graag in levende lijve, en niet bij hun uitvaart.

Groeten,

Ralf

Marjon zei

Beste Ralf,

Zoals Adriaan schreef in: 'Charmante jongen, sportief tiep.'

Dan is er nog de dood, moet een reclamemaker tijdens een brainstorm hebben geopperd. Rond het heengaan heerst nog een taboe en dat dient doorbroken. Zo overkwam het mij dat ik op een tramhokje voor het ziekenhuis waarin ik eens tegen die dood had ligen vechten (ik ben soms zo behoudend) een levensgrote poster zag hangen met de tekst: Is er koffie na de dood? Subtiliteit is uit de tijd. Al snel volgden andere graftakken met vergelijkbare campagnes. Zodat je overal in de stad de kop tegenkwam van het leuterende wieleridool Gerrie Kneteman. Zeggende: Ik ga dood. Nou doei hoor Kneet. Goeie reis!
U heeft gelijk, meneer de reclamemaker. Laten wij het taboe rond de dood voor eens en voor altijd de wereld uit helpen. Laten wij rond de dood een feestje bouwen. Sex, drugs en vooral rock 'n roll. Zeg mij waar jouw dierbaren liggen en ik zal dansen op hun graf.
Syphilisation über Alles.

Dansen kan ook in Japan.

Groeten als altijd

Marjon