"Het is een festonsteek!" Mijn moeder is vol vertrouwen. Al tien jaar lang kent zij haar pincode niet, maar typt een festonsteek, wat het ook zijn moge, op het toetsenbordje van de pinautomaat. De eerste Japanse pinautomaat, waar de nummers naast elkaar stonden, was dan ook een probleem: de festonsteek bleek zo, op rij, wat moeilijk te reconstrueren. Zij weet echter van geen ophouden. "Ik weet het best hoor. Het is een festonsteek. Die ken je toch wel? Ik ben nu even in de war, maar ik kom er zo weer op."
Op het dakterras van een wolkenkrabber in Tokyo, tekenen mijn broertje en ik een Nederlands pintoetsenbordje voor haar. Met grote zekerheid vliegen eerst haar vingers, dan een pen, over onze tekening. "Zie je wel, ik weet het best", zegt ze triomfantelijk, nadat Frank en ik de vier nummers op een rijtje hebben gezet. "Of begin ik altijd ergens anders?" De twijfel verdwijnt in het stadsgeruis.
De volgende ochtend, in Omote-Sando, is ze nog steeds vol vertrouwen. Het is, als ik mijn broer mag geloven, reeds de achtste geldautomaat die ze bezoekt. "Ik denk dat deze kapot is." De tweede automaat geeft echter hetzelfde resultaat. Mijn broertje werkt in het Europees parlement, en heeft derhalve een engelengeduld, maar ik stap uit de airconditioning van de bank op de bloedhete straat, om, tegen alle fysiologie in, af te koelen. De volgende dag mailt mijn vader, altijd behulpzaam, een foto van een Nederlandse pinautomaat. Zonder soelaas.
Het was wat stil hier, op mijn weblog, de laatste tijd, omdat mijn geliefde verwanten mij momenteel bezoeken. De afgelopen weken zocht ik, overal in Japan, naar restaurants die eten serveerden zonder ui, zonder bleekselderij, zonder rode kool, zonder vis (!), met bestek, en zonder al te uitgesproken smaakmakers. Ik liep, eindeloos traag, langs talloze monumenten, steeds wachtend tot de éne foto ook was gemaakt en, natuurlijk, zoals bij thuiskomst meestal bleek, mislukt.
Toch zal ik ze missen. Ze spreken, hoe gebrekkig ook, Nederlands, en dat hoor je hier maar weinig. Het zijn vaak trage, maar altijd vrolijke mensen, en ik heb meer van Japan gezien dan in de vier maanden dat ik hier heb gewerkt. Overmorgen gaan ze weer naar huis. Over tien dagen is Mijn Moeder weer gewoon Juf Heleen, en moeten 29 jeugdige analfabeten leren lezen en schrijven. En dat lukt, tot mijn verbijstering, elk jaar weer. Zoals Maria onbezwangerd de Heiland baarde (as if!), leert mijn moeder, die geen vier cijfers uit haar hoofd kan leren in tien jaar, 29 kinderen lezen en schrijven in elf maanden.
Er is veel kritiek op de PABO's, heden ten dage, en terecht. Maar het Wonder van Onderwijs kan, blijkbaar, voltrokken worden door onwaarschijnlijke onderwijzers. Daar zijn ik en talloze anderen, en over een jaar weer 29 meer, het levend bewijs van.
zaterdag 28 juli 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
Nogmaals gefeliciteerd met je verjaardag! Ik was even een beetje met de dagen in de war. Misschien versnelt de tijdelijke scheiding van tafel en bed ons beider aftakeling wel. Overigens, over met de dagen in de war gesproken: ze gaan niet overmorgen terug, maar woensdag. Juli heeft 31 dagen, namelijk. Je moeder kent daar een handig onderwijzers-ezelsbruggetje met knokkels voor.
Een reactie posten